Het gedicht van de Indie-veteranen (1945 -1950) .
Veteranen gedicht: ze zeggen...........maar
Ze zeggen…
Je moet in deze tijd niet meer herdenken
‘t is allemaal toch al zo lang voorbij;
dat steeds gedwongen stilstaan bij het verleden
roept weerstand op en laat de geest niet vrij.
Je kunt jaar in jaar uit niet blijven rouwen,
er komt eenmaal een eind aan elk verdriet,
je moet dat niet voordurend cultiveren
daarmee verander je de feiten niet.
Maar luister ….
Zes duizend twee honderd jonge mensen kwamen om
daar in het verre Oosten,
door strijd, door ziekte of laag verraad
zij keerden niet terug met ons naar Holland,
zij bleven achter, de vrede kwam te laat.
Aan hen denken wij ook op deze dag
en denken aan al die kruizen op het Ereveld
het is net of het gisteren gebeurde
en niemand van ons voelt zich een held.
Ze zeggen ………….
Wat is van al die opgeklopte sentimenten
en plechtigheden nu het resultaat,
het wordt continu herdenken in de toekomst,
want de ene oorlog komt, de andere gaat.
Onze jeugd, de nieuwe generatie,
weet niets wat er destijds is geschied;
Betrokkenheid zal langzaam uit gaan sterven,
daar niemand straks de zin, hiervan nog ziet.
Maar ….
Toch voelen wij het nog in iedere vezel
hoe het was in die gordel van smaragd,
de geur, de pasar, de kali, de geluiden
en het mysterie van de Stille kracht.
Dan voelen we weer de hitte van de zon
en zien we weer de bar slechte wegen
en de Indonesiër die vocht voor een eigen staat
Zij, die nu zeggen: jullie deden meer goed dan kwaad.
Ze zeggen………
Men maakte destijds politieke fouten,
met het Nederlandse bezit daar overzee,
ze hadden de gevolgen kunnen weten,
maar hielden toch geen rekening daarmee.
De plannen van de politiek
de schepen vol soldaten,
bracht geen vrede, maar eerder strijd
en het resultaat staat overal geletterd
op de Indie monumenten van de gevallenden
en altijd weer is het Jan Soldaat
die tenslotte het gelag betaalt.
Maar ………
Mogen wij met het heden daagse kennis
oordelen over een halve eeuw geleen?
met andere normen, andere idealen
”wie zonder zonde is werpe de eerste steen”.
Wij Indie veteranen denken aan al die
gevallen kameraden die op Menteng Poeloe
Jakarta, Pandu Bandung, Semarang, Soerabaja,
zijn begraven en voor Koningin en Vaderland
hun jonge leven gaven.
Het zeggen en het weerleggen zullen blijven.
dat heeft de mens al eeuwen lang gedaan;
Een zekerheid is, ondanks alle vragen
dat zij niet voor niets zijn heen gegaan,
want overal liggen de velden van eer
onafzienbare rijen van kruisen met naam
of naamloos, geen urn geen graf
en steeds weer Korea, Nw.Guinea,
Vietnam en Soedan
Sebrenica, Israël, Irak. Afghanistan,
En dan de vermisten, zij hebben
geen kist, geen urn, steen of kruis
Het zielenschip met al die namen van de Indiesoldaat
heeft in Roermond zijn Haven
en op de Oranje kazerne zijn Thuis.
En elk jaar in mei ligt overal de bloemenkrans
Te geuren in de voorjaarszon
En laat de tranen wellen, uit de namen van het bataljon.
Opdat wij veteranen en u niet vergeten, de dagen die wij met elkaar deelden.